Wat zijn spelinstellingen en welke zijn er?

Wil je zelf bepalen welke spellen spelers met Prowise Learn oefenen? Of wil je spelers extra laten oefenen met specifieke domeinen? Gebruik dan de Spelinstelling om te bepalen welke spellen spelers spelen. In de persoonlijke spelomgeving van een speler ligt de focus op de spellen, die voor hen op dat moment het belangrijkst zijn. Dit bepaal jij, samen met Learn. Lees hieronder hoe je de spelinstelling naar je hand kunt zetten.

Drie soorten spelinstellingen

In de beheerdersomgeving van Learn kun je kiezen voor drie soorten spelinstellingen, namelijk:

  • Standaard: deze instelling is standaard voor iedereen ingeschakeld. Afhankelijk van de score op een spel, verschijnen er weer nieuwe spellen.
  • Beginner: deze instelling is speciaal voor jonge spelers, bijvoorbeeld de kleuters of de onderbouw. Kies je voor deze spelinstelling, dan bevat de spelomgeving spellen die geschikt zijn voor jonge spelers. Dit zijn voornamelijk spellen die ondersteund worden door audio of afbeeldingen. Alle spellen in deze spelinstelling zijn direct zichtbaar. Let op! Er komen niet vanzelf nieuwe spellen bij zoals in de Standaard instelling. Een goede speler uit de onderbouw heeft dus meer baat bij de Standaard instelling.
  • Handmatig: met deze spelinstelling heb je zelf de vrijheid om te bepalen welke spellen de spelers kunnen spelen. Je kunt hier ook superspellen selecteren. Deze verschijnen direct in de persoonlijke spelomgeving van de spelers. Ook kun je spellen aan of uit zetten. Spellen die je hier aanzet zijn direct te spelen via de thematische tuinen. In de handmatige spelinstelling is er geen afhankelijkheid meer tussen spellen. Er verschijnen dus niet vanzelf nieuwe spellen als ze in score vooruit gaan, zoals dat in de Standaard instelling gebeurt.

Alle spellen zijn altijd zichtbaar, echter zijn ze niet altijd speelbaar. Dit wordt duidelijk gemaakt door een slotje op het speelbordje. Een spel kan, om één van onderstaande redenen, niet te spelen zijn:

  • Het spel is uitgezet door de leerkracht, beheerder of ouder (handje).
  • Een speler heeft het spel uitgespeeld (kroontje).
  • Een spel is nog te moeilijk en de speler moet eerst een hogere score hebben op andere spellen om dit spel vrij te spelen (uitroepteken).

Handmatige instellingen voor de spellen:

Bij een handmatige instelling kunnen de spellen aangepast worden naar super, aan of uit.

  • Super: Deze spellen staan direct in de persoonlijke omgeving. Er kunnen maximaal drie superspellen geselecteerd worden.
  • Aan: Deze spellen zijn speelbaar via de thematische tuinen én kunnen door het systeem geselecteerd worden voor adviesspellen in de persoonlijke omgeving.
  • Uit: Deze spellen zijn wel zichtbaar, maar niet speelbaar.