Wat kan ik allemaal veranderen in het instellingenmenu?

Algemeen

Audio

Gebruik dit menu om de geluidsinstellingen aan te passen.

  • Volume: verhoog of verlaag het volume.
  • Bas: versterk of verminder de lage tonen.
  • Treble: versterk of verminder de hoge tonen.
  • Balans: versterk of verminder de links-rechts balans.

Kies uit vijf verschillende voorinstellingen:

  • Standaard
  • Film
  • Klaslokaal
  • Vergadering
  • Aangepast

Kies bij Lijnuitgang de juiste instelling aan de hand van het audio-output apparaat dat je aansluit op de analoge audio-uitgang.

  • Hoofdtelefoon: selecteer deze instelling bij het aansluiten van een hoofdtelefoon op de poort ‘analoge audio-uitgang’. Regel het volume van de hoofdtelefoon met de volumeregeling van het Prowise touchscreen.
  • Lijnuitgang: selecteer deze instelling bij het aansluiten van een externe versterker op de poort ‘analoge audio-uitgang’. Regel het volume van de externe versterker met de volumeregeling op je externe versterker. De volumeregeling van het scherm heeft hier geen invloed op.

Uitgang selecteren:

  • Druk op ‘extern’ wanneer een externe versterker is aangesloten om audio weer te geven.
  • Druk op ‘intern’ om gebruik te maken van de luidsprekers in het Prowise touchscreen.
  • Selecteer ‘beide’ om zowel van de externe versterker als van de interne luidsprekers gebruik te maken.

Beeldscherm

Gebruik dit menu om een aantal weergaveopties aan te passen.

  • Helderheid: pas de helderheid van het scherm aan.
  • Contrast: vergroot of verklein het contrast van het beeldscherm.

Kies uit vijf verschillende voorinstellingen: 

  • Standaard
  • Helder
  • Kleurrijk
  • Zacht
  • Aangepast

Kies voor de gewenste sfeer:

  • Koel
  • Natuurlijk
  • Warm

Nachtmodus: activeer of deactiveer nachtmodus. Nachtmodus zorgt ervoor dat het beeldscherm vooral geel of oranje licht uitstraalt en dus minder blauw licht.

Input

Gebruik dit menu om de namen van invoerbronnen aan te passen. Om een naam aan te passen klik je in het tekstveld, typ je hier een nieuwe naam (maximaal acht tekens) en druk je op ‘Toepassen’. Met de knop ‘Reset alles’ zet je de namen weer terug naar de originele namen van de invoerbronnen.

Remote

In dit menu kun je de afstandsbediening blokkeren.

Het is ook mogelijk om de gemarkeerde knop op de afstandsbediening in te stellen als pauzeerfunctie of zwart-schermfunctie. Je kunt 1 van deze 2 opties instellen op de afstandsbediening, niet allebei.*

*Deze functie is alleen beschikbaar bij het Prowise Touchscreen 

Opmerking: het is niet mogelijk om zowel de knoppen van het bedieningspaneel als de afstandsbediening gelijktijdig te blokkeren via het Prowise Central menu.

Lokalisatie

Via dit menu zijn de taal, het land en de tijdzone zijn afzonderlijk van elkaar in te stellen.

  • Stel een 12- of 24-uursklok in.
  • Kies of je de tijd en datum automatisch wil instellen
  • Pas de datumweergave aan naar
    • mm/dd/yyyy
    • dd/mm/yyyy

Via de knop Hardware Keyboard kun je de instellingen van het aangesloten toetsenbord wijzigen.

Thema

In dit menu kun je verschillende achtergronden voor je Prowise Central home-omgeving instellen en de klok aanpassen. 

Klok

Kies hier voor een digitale klok of een analoge klok.

Aangepaste achtergrond

Kies voor een eigen afbeelding als achtergrond. Klik op ‘Aanpassen’ en selecteer een afbeelding van je computer. Deze wordt nu ingesteld als achtergrond. Je kunt alleen kiezen voor jpg-afbeeldingen.
Let op, de maximale resolutie is 3840 bij 2160.

Achtergronden

Je hebt keuze uit verschillende standaard achtergronden. Klik op een achtergrond om deze in te stellen.

Connectiviteit

NFC

Met de NFC-functie is het mogelijk om met een eigen geprogrammeerde (via het Prowise touchscreen) NFC-kaart in Windows in te loggen op de interne pc-module. De NFC-kaart kan niet worden gebruikt om in te loggen op Prowise Central, maar alleen voor de OPS-module. Om de NFC-kaart te programmeren doorloop je de volgende stappen in het menu. Installeer eerst de NFC-tool in Windows, je kunt deze hier downloaden. 

Central: 

  • Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in het Prowise Central NFC-menu in

OPMERKING: de gebruikersnaam en het wachtwoord dienen precies hetzelfde te zijn als in Windows en/of Prowise Central. Houd er rekening mee dat wachtwoorden hoofdlettergevoelig zijn. 

Om de juiste gebruikersnaam in Windows te verkrijgen doe je het volgende.

Windows:

  • Houd de Windows-toets ingedrukt en druk op “R” om het venster "Uitvoeren" te openen
  • Type “CMD“ en klik dan op “Enter” om een opdrachtprompt te openen
  • Type in de opdrachtprompt het volgende en klik dan op "Enter": whoami
  • De computernaam of het domein gevolgd door de gebruikersnaam wordt weergegeven
  • Deze gegevens dienen te worden gebruikt om de juiste gebruikersnaam met het wachtwoord te gebruiken

Central: 

  • Kies voor Kaart schrijven 
  • Er wordt gevraagd om de NFC-kaart rechtsonder in het scherm tegen de NFC-sensor te houden

OPMERKING: dit geldt zowel voor het Prowise Touchscreen als de ProLine+ modellen. Voer de bovenstaande stappen opnieuw uit indien de NFC-kaart niet goed is geprogrammeerd.

Mocht je een reeds in gebruik genomen NFC-kaart opnieuw willen programmeren, dan dient de NFC-kaart eerst gewist te worden. Je kunt de NFC-kaart op de volgende manier wissen.

  • Klik op Kaart wissen
  • Er wordt gevraagd om de NFC-kaart rechtsonder in het scherm tegen de NFC-sensor te houden

WiFi

Je kunt het Prowise touchscreen uiteraard verbinden met een Wifi-netwerk. 

  • Druk op ‘Wifi’ om het Prowise touchscreen naar beschikbare wifi-netwerken te laten zoeken.
  • Klik op het gewenste netwerk 
  • Voer het wachtwoord in en klik op ‘Verbinden’. 
  • Het scherm wordt nu verbonden met het Wifi-netwerk.

Rechts staat allerhande informatie zoals de netwerkgegevens (IP, DNS, MAC).Klik op ‘Geavanceerd’ om een uitgebreider menu op te roepen. 

Je kan het scherm ook instellen als hotspot

LAN

Maak op de volgende manier verbinding met internet door middel van een netwerkkabel: 

  • Sluit de netwerkkabel aan op de LAN-poort van het Prowise touchscreen.
  • Ga in het instellingenmenu naar het onderdeel ‘Connectiviteit’. 3. Druk op ‘Ethernet’ en zet de ethernetschakelaar aan.
  • Er is nu verbinding met het bedrade netwerk.
  • Druk eventueel op 'Geavanceerd' om geavanceerde netwerkinstellingen weer te geven.

Indien een internetverbinding met een netwerkkabel wordt ingeschakeld, dan wordt de wifi-verbinding automatisch uitgeschakeld. Rechts staat allerhande informatie zoals de netwerkgegevens (IP, DNS, MAC).